Wie is aansprakelijk na een verkeersongeval? Alles over verkeersaansprakelijkheid

Een ongeluk zit in een klein hoekje. Of het nu gaat om een botsing op een druk kruispunt, een tikje tegen de bumper in de file, of een ongeval met een fietser: de schrik zit er vaak goed in. Als de rook is opgetrokken, komt direct de belangrijkste vraag naar boven: Wie betaalt de schade? Daarover gaat dit artikel van Letselschade AdvocaatLaseur.

Verkeersaansprakelijkheid is in Nederland strikt geregeld, maar de regels zijn niet altijd voor iedereen even duidelijk. In dit artikel leggen we je uit hoe het zit met aansprakelijkheid, het verschil tussen ‘sterke’ en ‘zwakke’ verkeersdeelnemers en waar je recht op hebt.

De basis: wie maakt de fout?

In de basis geldt in het Nederlandse recht een simpele regel: wie een fout maakt en daardoor schade veroorzaakt, is aansprakelijk. Dit is gebaseerd op de onrechtmatige daad. Heb je geen voorrang verleend terwijl je dat wel moest? Dan ben jij (of jouw verzekeraar) verantwoordelijk voor de kosten van de tegenpartij.

Toch is het in het verkeer niet altijd zo zwart-wit. De wet maakt namelijk een belangrijk onderscheid tussen verschillende soorten weggebruikers.

Motorvoertuigen onderling

Botsen twee motorvoertuigen tegen elkaar (bijvoorbeeld twee auto’s, of een auto en een motor)? Dan gelden de normale regels van het bewijsrecht. Je moet samen met de tegenpartij uitzoeken wie de verkeersovertreding heeft begaan.

Schadeformulier: Het is cruciaal om het Europees Schadeformulier correct in te vullen.
Bewijs: Foto’s van de situatie, getuigenverklaringen en dashcambeelden spelen hierbij een grote rol.
Gedeelde schuld: Soms hebben beide partijen schuld. In dat geval wordt de schadevergoeding verdeeld (bijvoorbeeld 50/50 of 70/30).

De bescherming van fietsers en voetgangers (Artikel 185 WVW)

Het wordt juridisch interessanter – en voor automobilisten risicovoller – wanneer er een zwakke verkeersdeelnemer bij betrokken is. Dit zijn voetgangers en fietsers. De wetgever vindt dat deze groep extra bescherming verdient tegen de massa en snelheid van gemotoriseerd verkeer.

Dit is vastgelegd in Artikel 185 van de Wegenverkeerswet (WVW).

De 50%-regel en overmacht

Als bestuurder van een motorvoertuig ben je bij een aanrijding met een fietser of voetganger bijna altijd (deels) aansprakelijk, zelfs als de fietser of voetganger schuld heeft.

1. Overmacht: Alleen als je als automobilist overmacht kunt bewijzen, hoef je niets te betalen. Dit is in de praktijk extreem lastig. Je moet dan bewijzen dat je foutloos reed én dat de fout van de ander zo onverwacht was dat je onmogelijk kon reageren.
2. Eigen schuld van de fietser: Reed de fietser door rood en jij door groen? Dan is de fietser schuldig. Toch krijg jij als automobilist vaak maar 50% van je eigen schade vergoed en moet je minimaal 50% van de schade van de fietser betalen. Dit noemen we de 50%-regel.
3. Billijkheidscorrectie: Afhankelijk van de ernst van het letsel kan een rechter bepalen dat de automobilist, ondanks de fout van de fietser, toch 75% of zelfs 100% moet betalen.

De 100%-regel: Kinderen onder de 14 jaar

Voor kinderen is de wet nog strenger. Is het slachtoffer jonger dan 14 jaar? Dan is de bestuurder van het motorvoertuig altijd 100% aansprakelijk voor de letselschade. Het idee hierachter is dat kinderen impulsief zijn en gevaren nog niet goed kunnen inschatten. Als automobilist moet je hier altijd op anticiperen.

Welke schade kun je claimen?

Als de tegenpartij aansprakelijk is, kun je verschillende soorten schade verhalen. We maken onderscheid tussen materiële schade en letselschade.

Materiële schade: Kosten voor reparatie van je voertuig, kleding, bril of telefoon die kapot is gegaan.
Letselschade: Dit is vaak complexer. Denk aan medische kosten (eigen risico), reiskosten naar het ziekenhuis, maar ook inkomensverlies als je tijdelijk niet kunt werken.
Smartengeld: Een vergoeding voor de pijn, het verdriet en het verlies aan levensvreugde door het ongeval.

Tips bij een ongeval

Om te zorgen dat de verkeersaansprakelijkheid eerlijk wordt vastgesteld, kun je het beste de volgende stappen volgen:

1. Vul altijd het schadeformulier in: Doe dit direct, ook als de schade klein lijkt.
2. Erken geen aansprakelijkheid: Zeg niet direct “het was mijn fout”. Laat de verzekeraars dit uitzoeken op basis van de feiten.
3. Verzamel bewijs: Maak foto’s van de remsporen, de schade en de situatie op de weg. Noteer gegevens van getuigen.
4. Schakel hulp in: Zeker bij letselschade is het slim om een jurist of expert in te schakelen. De kosten hiervoor moeten vaak door de aansprakelijke partij worden betaald.

Heb je vragen over jouw specifieke situatie? Neem dan altijd contact op met je rechtsbijstandverzekering of een letselschade-advocaat.